Belastingen
Hondenbelasting
Conform het coalitie akkoord, komt de Hondenbelasting met ingang van 2023 te vervallen.
Onroerendezaakbelasting en herwaardering WOZ
De waarde van de onroerende zaken is grondslag voor de OZB heffing. Op grond van het bepaalde in de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ), worden alle onroerende zaken binnen de gemeente jaarlijks opnieuw gewaardeerd.
De opbrengst OZB is de uitkomst van het tarief maal de WOZ waarde. De OZB tarieven worden onder meer afgeleid uit de waarde van alle onroerende zaken binnen de gemeente Zaanstad. Uitgangspunt is een gelijkblijvende opbrengst OZB ten opzichte van het voorgaande jaar. Bij de OZB opbrengst is rekening gehouden met een extra opbrengst aan OZB door een areaaluitbreiding van woningen en niet-woningen. Naast de areaaluitbreiding is er geen stijging in de opbrengst, behalve de indexatie van 2,3%.
Het uitgangspunt bij een gelijkblijvende opbrengst van de OZB is de ‘vuistregel van communicerende vaten’:
- als de waarde van de stad stijgt, moet het tarief dalen;
- als de waarde van de stad daalt, moet het tarief stijgen.
De tarieven voor de Roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting (RWBB) zijn op grond van artikel 221 lid 3 van de Gemeentewet gelijk aan die van de OZB.
Parkeerbelasting
De tarieven betaald parkeren zijn geïndexeerd met 2,3%. De tarieven worden, conform de normale afrondingsmethodiek, afgerond op 5 eurocent. Voor sommige parkeerproducten kan de prijsstijging daardoor iets meer of minder zijn, omdat de niet-afgeronde tarieven de rekenbasis voor indexering vormen.
De mantelzorg parkeervergunning wordt ook voor 2023 gratis verstrekt.
Naheffingsaanslag 2023
Het tarief van de naheffingsaanslag wordt bepaald door de gemeentelijke kosten van naheffen en een basistarief van 1 uur Parkeerbelasting. Het Rijk schrijft jaarlijks een maximum tarief voor dat gemeenten als naheffingsaanslag mogen heffen. Indien de gemeentelijke kosten onder het maximum tarief uitkomen, dient de naheffingsaanslag naar beneden te worden bijgesteld. Het maximum tarief voor 2023 bedraagt € 72,90 (Staatsblad 31 augustus 2022).
Het tarief stijgt van € 61,85 in 2022 naar € 69,40 in 2023, inclusief de index van 2,3%; een tariefstijging van 12,2%. Deze tariefstijging wordt veroorzaakt door hogere personeels-, overhead- en kapitaallasten.
De inzet van de scanauto leidt tot een hoger aantal naheffingsaanslagen met minder inzet aan parkeercontroleurs. Een hoger aantal naheffingsaanslagen leidt echter wel tot meer inzet voor de administratieve afdoening. Verder stijgen de kapitaallasten als gevolg van investeringen in de parkeerautomaten. Deze moeten worden vernieuwd om ze up-to-date te houden.
Verdeling van kosten en dekking volgens model:
Bedragen x € 1.000 | |
Dekking volgens model | |
---|---|
Kosten taakveld(en) incl. (omslag)rente | 1.426 |
Inkomsten taakvelden, excl. Heffingen | 0 |
Netto kosten taakveld | 1.426 |
Toe te rekenen kosten: | |
Overhead incl. (omslag)rente | 309 |
BTW | 0 |
Totale kosten | 1.735 |
Opbrengst heffingen | 1.735 |
Dekking | 100% |
Precario- en Reclamebelasting
De tarieven van de Precario- en Reclamebelasting zijn conform het financieel kader geïndexeerd met 2,3%.
Reclameopbrengsten
De gemeente heeft reclamecontracten afgesloten met bedrijven voor het aanbrengen van verschillende soorten van reclame uitingen, bijvoorbeeld lichtmastreclame, reclame op abri’s, sandwichborden en energiekasten. Deze contracten geven het bedrijf het alleenrecht om reclame op bepaalde plaatsen en op een vooraf vastgelegde wijze te tonen, tegen een overeengekomen vergoeding.
Bij het aangaan van een reclamecontract geldt onverkort de gemeentelijke regelgeving zoals de Welstandsnota en benodigde vergunning(en). Verder wordt uit het oogpunt op verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte en mede uit overweging van efficiency, de exploitatie van categorieën van buitenreclame bij voorkeur uitbesteed aan één partij. Dat draagt bij aan het niveau van uniformiteit van reclame-uitingen. Tevens rust op de reclamepartij de verplichting voor het schoon en heel houden van de reclame-uiting.
Toeristenbelasting
Conform het financieel kader zijn de tarieven Toeristenbelasting voor 2023 geïndexeerd met 2,3%. Vermindering van het bezoekersaantal met 25% door de nasleep van corona, leidt tot een minderopbrengst van € 700.000 als financiële consequentie. De minderopbrengst wordt gedekt uit de corona reserve. Op de raadsvergadering van 8 november 2022 is amendement E aangenomen; minderjarigen tot 16 jaar krijgen korting van 50% op het tarief Toeristenbelasting.