Financiële begroting

Grondslagen begroting

Grondslagen begroting

Dit hoofdstuk bevat de grondslagen en kaders waarlangs de begroting 2023-2026 is uitgewerkt. Hierbij gaat het onder meer om de te hanteren indexpercentages, prognoses over woningbouwontwikkeling en belastingen en tarieven.

Omschrijving

Grondslag

Lonen (incl. sociale lasten)

3,6% ten opzichte van de begroting 2022

Prijzen

2,3 % ten opzichte van de begroting 2022

Subsidies

3,21 % ten opzichte van de begroting 2022

Belastingen

2,3 % ten opzichte van de begroting 2022

Tarieven rechten en bestemmingsheffingen

Kostendekkend, tenzij de raad anders besluit

Rekenrente

1,25%

Rente grondexploitaties

1,25%

Algemene uitkering

Meicirculaire gemeentefonds 2022

Gemeenschappelijke regeling

Zie roelichting

Financiële regels

Coalitieakkoord 2022 - 2026 en burgetregels

Omschrijving

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

2031

Woningen

70.393

71.416

72.401

74.656

76.347

77.901

78.671

79.078

79.223

Inwoners

158.099

159.679

162.442

168.636

172.456

175.966

177.705

178.625

178.952

Lonen, prijzen en subsidies

Op het moment van schrijven van deze Begroting is er nog geen informatie bekend over de nieuwe cao voor gemeenteambtenaren die zal gelden vanaf 1-1-2023. Voor de looncompensatie in 2023 wordt daarom uitgegaan van loonvoet sector overheid uit het Centraal Economisch Plan 2022. Voor 2023 is dit percentage 3,6%.
Uitgangspunt bij de prijscompensatie is de prijs netto materiële overheidsconsumptie uit het Centraal Economisch Plan 2022. Dat is voor 2023 2,3%.
De verhoging van de subsidies is een afgeleide van de loonstijging en de prijsstijging. Hierbij telt de loonstijging voor 70% en de prijsstijging voor 30% mee. Voor 2023 betekent dit een stijging van 3,21% ten opzichte van de begroting 2022.

Belastingen

Ten aanzien van de belastingen zijn geen nieuwe afspraken gemaakt. De opbrengsten worden verhoogd met de prijsindex (2,3%). De hondenbelasting wordt vanaf 2023 afgeschaft.

Leges en tarieven

Voor leges en tarieven geldt als uitgangspunt 100% kostendekkendheid, tenzij de raad besluit tot het afwijken hiervan voor bepaalde leges en tarieven. In het coalitieakkoord 2022-2026 is opgenomen dat voor begraafrechten en leges kleine evenementen tarieven worden geheven die niet volledig kostendekkend zijn. Ook geldt dat voor afvalstoffenheffing in 2023 de 100% kostendekkendheid wordt losgelaten. Het batig saldo overhead (circa € 0,6 mln.), dat ontstaat door het hogere tarief gemeentelijke overhead, wordt namelijk ingezet om de tariefstijging beperkt te houden tot 2,7%.

Rekenrente

Vanaf 2022 is de interne rekenrente verlaagd van 1,75% naar 1,25%. Ook voor 2023 wordt deze rekenrente gehanteerd. Hiermee blijft de rekenrente binnen de marges die het Rijk via de BBV-regelgeving voorschrijft.

Rente grondexploitaties
Het ‘Besluit Begroting en Verantwoording voor gemeenten’ (BBV) schrijft voor dat de rente gebaseerd is op de werkelijke rente over het voor de financiering daadwerkelijk aangetrokken vreemd vermogen. Voor de begroting 2023 wordt gerekend met een rentepercentage van 1,25%.

Bijdrage aan gemeenschappelijke regelingen
De gemeenschappelijke regeling (GR) legt in haar kadernota en begroting de indexering vast die aan de gemeente Zaanstad wordt gevraagd komende jaren. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten in de Zaanse voorjaarsnota en begroting:

  1. De indexering van de GR is een autonome ontwikkeling bij de voorjaarsnota als:
    1. Er wordt voldaan aan de kaders die zijn opgenomen in de gemeenschappelijke regeling zelf
    2. De berekening van de indexering is goed onderbouwd.
  2. Als aan de onder punt (1) genoemde voorwaarden niet voldaan wordt, wordt overlegd met de gemeenschappelijke regeling. Als er geen oplossing wordt gevonden, wordt dit punt meegenomen in een negatieve zienswijze door de raad op de kadernota e/o begroting van de GR.
  3. In de voorjaarsnota wordt alleen dat deel van de indexering overgenomen dat voldoet aan de voorwaarden
  4. Als de negatieve zienswijze niet wordt overgenomen door het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling, dan wordt in het geval van de:
    1. Kadernota: het volledige bedrag van de indexering alsnog opgenomen in de voorjaarsnota. De dekking hiervoor moet dan alsnog worden gezocht.
    2. Begroting: dan wordt het volledige bedrag van de indexering  meegenomen bij de voorbereiding van de begroting van Zaanstad vanaf juni/juli.

Ontwikkeling inwoners en woningen

De ontwikkeling van het aantal inwoners en woningen zijn belangrijke parameters in de verdeling van de algemene uitkering gemeentefonds en dus ook voor het aandeel van de gemeente Zaanstad. Deze cijfers zijn daarnaast het uitgangspunt bij de berekening van de opbrengst onroerendezaakbelastingen en opbrengsten bouwleges. Ze worden ook gebruikt in de berekening van de benodigde maatschappelijke voorzieningen in het kader van de groei van de stad.

De toename van het aantal woningen is gebaseerd op de informatie uit raadsinformatiebrief 2022/2635 over de Voortgang woningbouwproductie 21.2. Vanuit behoedzaamheid is gerekend met de toename van het aantal woningen waarvoor (bestemmings)plannen zijn vastgesteld en de helft van de woningen waarvoor binnen afzienbare tijd definitieve afspraken worden verwacht.

Deze pagina is gebouwd op 12/01/2022 16:24:46 met de export van 12/01/2022 16:04:51